donderdag 21 juni 2012

negen vragen over beeldschermwerk


 foto: Bakker en Elkhuizen
Negen vragen over de maximale beeldschermwerktijd

1  Waarom een maximaal aantal beeldschermuren per dag?
2  Waar komt die 5 uur vandaan?
3  Gaat het om maximaal 5 uur achtereen, of om maximaal in totaal vijf uur beeldschermwerk verspreid over de dag? En wat als je de ene dag 7 uur beeldschermwerk doet en de volgende dag 1 of 2 uur?
4  Wat verstaan we precies onder ' beeldschermwerktijd' en hoe wordt de beeldschermwerktijd gemeten?
5  Die 5 uur is toch niet reëel? Er zijn functies waar 8 a 9 uur aan het beeldscherm wordt gewerkt. Hoe moet je dat oplossen?
6  Is die 5 uur nu nodig en zaligmakend? Een goede werkplekinrichting is toch veel belangrijker?
7  Gaat dit hele verhaal niet enorm ten koste van de productiviteit?
8  Hoe kan mijn werkgever dit aanpakken?
9  Welke partijen hebben een visie op 'De Vijf Uur' en het terugdringen van langdurig en intensief beeldschermwerk? Wie kunnen we raadplegen?
1. Waarom een maximaal aantal beeldschermuren per dag?
Uit onderzoek van wetenschappers (onder andere TNO-Arbeid) en de Arbeidsinspectie blijkt dat de kans op gezondheidsklachten als RSI-gerelateerde aandoeningen zeer sterk toenemen naarmate het aantal uren beeldschermwerk per dag toeneemt. Dit heeft te maken met de sterk toenemende dynamische en statische arbeidsbelasting (langdurig in eenzelfde houding werken en repeterende bewegingen in een gespannen werkhouding).

2. Waarom hanteert FNV Bondgenoten een maximum van 5 uur?
De 5 uur is gekozen naar aanleiding van het onderzoek naar de stand der wetenschap door TNO Arbeid, voorjaar 2001, en de bestaande wetgeving. TNO Arbeid adviseerde als gezondheidsnorm zelfs maximaal 4 uur beeldschermwerk per dag! Dat lijkt ons nu niet haalbaar. In de toelichting op de Arbowet staat als richtlijn maximaal 5 a 6 uur, met na elke 2 uur pauze, of ander werk. Vijf uur maximaal is dus feitelijk een "haalbaarheidscompromis".
Als je werkt met een 'kale' laptop brengt dit extra gezondheidsrisico's met zich mee. Werken met een 'kale' laptop mag niet meer dan 2 uur per dag! Door gebruik te maken van een aantal aanpassingen bij de laptop zijn deze extra gezondheidsrisico's vrij eenvoudig te verhelpen.

3. Vijf uur achter elkaar?
Gaat het om maximaal 5 uur achtereen, of om maximaal in totaal vijf uur beeldschermwerk verspreid over de dag? En wat als je de ene dag 7 uur beeldschermwerk doet en de volgende dag 1 of 2 uur?
Het gaat om de totale beeldschermwerktijd van maximaal 5 uur per dag. In principe tellen alle beeldschermminuten en kwartieren mee, of deze nu in blokken van 2 uur (maximum volgens de wet, daarna 10 minuten pauze of iets anders), of in korte stukken van bijvoorbeeld halve uren worden gemaakt. Kortere blokken beeldschermwerk (onderbroken door (min-)pauzes of andere niet-burowerkzaamheden) is beter.
Ook op die ene dag van 7 uur moet het aantal beeldschermwerk-uren naar de vijf uur. Dat kan door enkele van de beeldscherm-gebonden taken van die ene dag van 7 uur op de volgende dag te plannen.

4. Wat verstaan we onder beeldschermwerktijd en hoe wordt de beeldschermwerktijd gemeten? Als definitie voor beeldschermwerk is gekozen voor 'Tikken, Klikken en Kijken' . Dat wil zeggen dat als de medewerker op het toetsenbord bezig is, met de muis in de weer is, is of naar het beeldscherm kijkt, er in alle gevallen sprake is van beeldschermwerk.
Om te meten hoeveel tijd een medewerker beeldschermwerk doet is door TNO arbeid onderzoek uitgevoerd. In dat onderzoek is met de stopwatch bij 99 medewerkers gemeten hoeveel tijd een medewerker op een werkdag bezig is met Tikken, Klikken en Kijken.
Op diezelfde dag heeft de medewerker via een vragenlijst moeten aangeven hoeveel tijd hij denkt bezig te zijn geweest met beeldschermwerk (= subjectieve meting). Tenslotte heeft gedurende de werkdag het pauze softwareprogramma Workpace gedraaid.
De onderzoeksresultaten zijn te lezen in het onderzoek van TNO Arbeid naar het aantal uur beeldscherm (pdf-dokument 347 KB)

5. Maximaal vijf uur niet reëel?
Die 5 uur is toch niet reëel? Er zijn functies waar 8 a 9 uur aan het beeldscherm wordt gewerkt. Hoe moet je dat oplossen? Een medewerker zal nooit zijn volledige werkdag achter het beeldscherm werken. Om te beginnen moet iedere beeldschermmedewerker na 2 uur werken minimaal 10 minuten wat anders doen of als dat niet mogelijk is een pauze nemen.
Tevens heeft iedere medewerker als vanzelf een aantal momenten op een dag dat hij niet met het beeldscherm bezig is. Dat varieert van een bezoek aan het toilet en het pakken van een kop koffie tot het informeel praten met een collega.
Bij een werkdag van 8 uur verwachten wij dat er door deze situaties minimaal 10% van de werktijd geen beeldschermwerk plaats vindt. Als een medewerker dan nog steeds structureel boven de 5 uur zit, heeft hij blijkbaar een functie, waarbij vrijwel alles zich via het beeldscherm afspeelt.
Oplossingen zijn er dan op 2 manieren te weten:
Verbreed de functie zodat er iedere dag meer taken zijn die niet beeldschermgebonden zijn.
Bijvoorbeeld door het verdelen van voorbereidende, controlerende of organiserende taken over de medewerkers die met name beeldschermgebonden taken hebben.
Zorg dat de een aantal taken die nu beeldschermgebonden zijn voortaan niet meer via het beeldscherm plaats vinden. Bijvoorbeeld door mails eerst te printen en dan vanaf het papier te lezen in plaats vanaf het beeldscherm.

6. Een goede werkplekinrichting is toch veel belangrijker?
De kans op gezondheidsklachten wordt inderdaad niet alleen bepaald door langdurig beeldschermwerk, maar bijvoorbeeld ook door de mate waarin de werkplek ergonomisch juist is ingericht, er sprake is
van hoge werkdruk en mogelijkheden om zelf invloed te hebben op het werkaanbod, de eigen werkhouding, de werkinhoud en de mogelijkheden om tussen het werk door te 'bewegen'. Uit onderzoek bij de banken blijkt dat het aantal uren beeldschermwerk de meest bepalende factor is voor het ontstaan van RSI-klachten. Daarom is het van belang om met name deze factor aan te pakken. Een medewerker die 7 uur per dag beeldschermwerk doet heeft ruim 3x zo veel kans op RSI-klachten dan een medewerker die minder dan 3 uur per dag beeldschermwerk doet.

7. Gaat dit hele verhaal niet enorm ten koste van de productiviteit?
Nee, integendeel zelfs! Er zijn een aantal positieve inverdien-effecten te verwachten. Uit onderzoek blijkt dat de productie op de beeldschermwerkplek hoger is in situaties waar regelmatig een pauze wordt genomen, dan op werkplekken waar men achter elkaar door werkt. Dat weet je zelf ook wel: gewoon steeds suffer doorgaan, lijkt wel te werken, maar is het niet: beter een frisse neus halen en er dan weer stevig tegenaan gaan! Ook een meer gevarieerde taakinhoud kan leiden tot een hoge(re) productiviteit (minder fouten, minder arbeidsverzuim, etcetera.).
De behandeling van RSI-klachten en -aandoeningen door (para)-medici en de uitstroom van mensen met RSI naar de Arbeidsongeschiktheidsfondsen (de WAO en/of die van je werkgever) kosten nu enorm veel geld. De doelstelling met deze en andere preventieve maatregelen is deze kosten te beperken.

8. Hoe kan mijn werkgever dit aanpakken?
In de eerste plaats door te inventariseren in welke functie-groepen doorgaans meer dan die 5 uur aan het beeldscherm wordt gewerkt. Vervolgens door in overleg met de leidinggevenden, de werknemers (vertegenwoordiging, dus OR of PVT) en deskundigen (de Arbeids- en Organisatiespecialist van de arbodienst bijvoorbeeld) te zoeken naar oplossingsrichtingen, hiervoor een plan op te stellen en een draaiboek om het plan in te voeren te ontwikkelen. Het ligt voor de hand om een faseplan op te stellen en functiegroepen waarin nu al extreem veel beeldschermwerk zit (meer dan 7 uur per dag!) prioriteit te geven. Het verdient aanbeveling ook tussentijdse meetbare doelen te stellen, bijvoorbeeld binnen 12 maanden alle functies terug naar maximaal 6 uur per dag. Aan te raden is te kijken of de 'tijdsslag' (naar die vijf uur) te combineren is met andere maatregelen die ook noodzakelijk zijn (zie onder punt 6).

9. Wie kunnen we hier nog over  raadplegen?
Neem contact op met De Zitspecialist voor meer informatie.

(bron: fnvbondgenoten)